(Uit: Mondiaal Magazine)
Een jaarlijkse groei van 10 à 12%. Het is een ledenaanwas waar de FNV alleen maar van kan dromen. Poguri Chennaiah van de Indiase landarbeidersbond APVVU flikt het gewoon. Dankzij een goedgeoliede organisatie waarmee hij een indrukwekkend hoge financiële voordelen voor de leden binnenhaalt. Chennaiah was vorige week in Nederland en vertelde onvermoeibaar over zijn bond en het vakbondswerk op het Indiase platteland.
Lange tijd was hij voorzitter, maar nu is Poguri Chennaiah in vaste dienst bij de Andhra Pradesh Vyvasaya Vruthidarula Union (APVVU), de federatie voor landarbeiders, vissers, herders en bosbewerkers in India. Als secretaris nationale coördinatie reist hij naar alle deelstaten waarin de APVVU actief is. De federatie bestaat uit 428 vakbonden, verspreid over 14 districten van Andhra Pradesh en Telangana. “We tellen nu 697.500 leden”, zegt de voormalige advocaat tijdens een lunch in Den Haag. “Maar als we de niet-betalende leden meetellen, dan zitten we op zo’n 2 miljoen. Jaarlijks groeien we met 10 à 12%”, voegt hij er glimmend aan toe.
Maar de APVVU heeft meer wapenfeiten. Zoals: 56% van de leden bestaat uit landarbeidsters. De vrouwen zijn met eenzelfde percentage vertegenwoordigd in het hoofdbestuur. De meerderheid van de landarbeiders zijn Dalits en Adivasi. Dalits worden ‘onaanraakbaren’ genoemd; ze vormen een groep mensen in India onderaan de maatschappelijke ladder en zijn buiten het kastenstelsel gesloten. Adivasi is een overkoepelende term voor heterogene etnische en in stamverband levende groepen die in het algemeen worden beschouwd als de oorspronkelijke bevolking van het Indisch Subcontinent. Samen vormen deze groepen een kwart van de Indiase bevolking. Lees meer>>