(Uit de FNV-brochure 'Onzeker werk')
"Flexwerk in de bouw betekent: als het regent, word je naar huis gestuurd. Ben je ziek, krijg je geen loon doorbetaald. Werkgevers kijken alleen maar naar hun eigen belang. Wij als flexwerkers hebben geen rechten." Aan het woord is metselaar Jan de Vries* (1971) uit het noorden van het land. Hij wil niet onder zijn echte naam zijn verhaal doen, bang om geen werk meer te krijgen. "Ik voel me een soort jojo."
Jan de Vries is vanaf zijn 22e aan het werk als metselaar. Hij zit nu thuis, want hij heeft een conflict met zijn werkgever. "Normaal werk ik op uitzendbasis, maar deze werkgever bood een vast contract tot het eind van dit jaar. Dit zou een contract voor 8 maanden zijn, maar na 2 maanden kregen we opeens een nieuw contract, want er was geen werk meer. Dat contract gold voor 2 maanden en liep op 13 juli af. Maar het kwam pas op 18 juli binnen. Daar hebben mijn collega en ik nu FNV Bouw op gezet. In de bouw kan blijkbaar heel veel!"
Toen de crisis in de bouw 3 jaar geleden toesloeg, werd De Vries ontslagen. "Toen zat ik 10 maanden thuis en daarna ben ik aan het werk gegaan via uitzendbureaus. Ik bouw met die tijdelijke contracten geen rechten meer op voor de WW. Toen ik ontslagen werd, had ik 24 maanden WW tegoed, inmiddels nog maar 5 maanden, dus zo'n contract van 8 maanden is wel belangrijk."
Het uitzendbureau waar hij voor werkte, was opgericht door een aannemer speciaal voor de bouwsector. Via dat bureau was hij constant aan het werk voor onderaannemers. "Maar ik zat ook regelmatig thuis. Bij de eerste baan via dat uitzendbureau begon de ellende al na een paar weken. Het ging regenen en het was een slechte week. We gingen toch maar door, met een goede jas aan, om alles klaar te zetten, want evengoed kon het weer ophouden met regenen. Maar na 3 uur werden we toch naar huis gestuurd, en voor die 3 gewerkte uren kregen we geen cent. Ik had een uitzendcontract met flexibele uren, in fase 1, die voor 26 weken geldt. In die fase bouw je nog nauwelijks rechten op."
Werkgevers hebben in principe gelijk dat ze voorzichtig met hun bedrijf omgaan, stelt De Vries, en dat ze geen risico's willen nemen. "Maar dit gaat te ver. Zo ga je niet met mensen om! Ik heb nu maar geen uitkering bij het UWV aangevraagd. Dan moet je 26 van de 36 weken hebben gewerkt en dat heb ik niet. Maar ik kan nog wel een half jaar vooruit."
Zijn bruto inkomen was 16 euro per uur, nu moet hij het met 14,50 euro doen. "Elke keer moet je weer inleveren en dit heeft ook consequenties voor mijn pensioenopbouw. Hoewel ik daar op dit moment niet mee bezig ben. Dat heb ik de bond ook gezegd. Die hele pensioendiscussie is voor ons helemaal niet relevant. Het gaat ons om nu: nu is de situatie slecht en die moet eerst opgelost worden."
Hij heeft een gezin, maar is gelukkig geen alleenverdiener. "We redden het financieel nog wel, maar die werkonzekerheid geeft wel stress. Ik ben altijd aan het werk geweest. Als dit zo doorgaat, moeten we ons huis verkopen. Dat geeft wel spanning. Als bouwvakker ben je gewend flexibel te zijn. In de wintermaanden had ik altijd al kans dat ik een paar maanden thuis kwam te zitten. Dat vond ik niet erg, want ondertussen bouwde ik dan wel WW-rechten op. Nu bouw je die met het thuiszitten af."
De Vries zegt geen andere keuze te hebben dan flexwerk. "Die keuze heeft bijna niemand meer. Ik zou zzp'er kunnen worden, maar zo iemand wordt ook uitgemolken. Je moet bijvoorbeeld wel zelf je verzekeringen betalen, maar met zo'n laag uurloon kan dat haast niet. Dit is Nederland; het zou zo goed voor elkaar moeten zijn."
Zijn ideale arbeidssituatie: "Ik wil gewoon werken, want van thuiszitten wordt niemand gelukkig. Ik merk dat ik steeds meer mijn grenzen verleg. Ik ben al blij met een contract van een half jaar. Ik surf wel op het internet, maar de vacatures die aangeboden worden zijn allemaal van een uitzendbureau. Die ruiken hun kans."
De Vries vindt dat die voortdurende onzekerheid in de bouw moet verdwijnen. "Je wordt al weggestuurd als het regent. Ik heb al zo veel thuisgezeten. Soms ben ik anderhalve week thuis en dan is er weer werk. Ik voel me een soort jojo. In januari was ik eindelijk aan het werk toen mijn vader plotseling overleed. Daar moest ik verlof voor aanvragen. Toen ik weer aan de slag wilde, hadden ze me niet meer nodig."
In de afgelopen jaren heeft hij met 2 werkgevers problemen over geld gehad. "Daarom wil ik niet met mijn echte naam genoemd worden, anders kan ik straks nergens meer aan de slag. Eentje wilde de levensloopregeling niet betalen, een ander had het pensioen voor ons niet goed geregeld. Tegenwoordig moet je zo alert zijn. Het punt is: wij moeten voor onszelf opkomen, maar als je dat doet, willen werkgevers je niet meer terug. Dat is de consequentie."
De FNV moet hierover een lobby opzetten richting Den Haag, stelt De Vries. "Dat is heel belangrijk, voor al mijn collega's in deze flexsituatie. Ik vind het lang zo leuk niet meer in de bouw. De randzaken eromheen maken het onrustig en dat is veel erger geworden."
* Jan de Vries is een pseudoniem
Klik hier voor de hele brochure 'Onzeker werk'