(Uit de P+website)
Een hogere beloning, meer werk en beter geschoolde werknemers voor de toekomst. Dat effect heeft een drastische aanpak van kinderarbeid. Deze en andere resultaten presenteerde de FNV zondag 9 mei uit het nieuwe onderzoek ‘Let parents earn and children learn’. In dit onderzoek is gekeken naar kinderarbeid in Albanië, Brazilië, Cambodja, Colombia, India, Marokko en Tanzania.
Volgens de nieuwste cijfers van de ILO zijn er wereldwijd 215 miljoen kinderen aan het werk. Van kinderarbeid is sprake als het kind nog geen 15 jaar is en als het daardoor niet fulltime onderwijs kan volgen. Ook als kinderen nog geen 18 zijn en werk doen dat een gevaar kan opleveren voor hun gezondheid, veiligheid of welzijn. Het aantal kinderen in gevaarlijke werksituaties neemt af, maar het zijn er nog steeds 115 miljoen. Jaarlijks sterven 22.000 kinderen aan werkgerelateerde ongelukken.
Tegelijkertijd zijn er ruim 200 miljoen volwassenen wereldwijd werkloos en heeft een nog groter aantal te weinig werk. De FNV en de internationale vakvereniging ITUC zetten zich al jaren op verschillende manieren in voor de strijd tegen kinderarbeid. In dit nieuwe onderzoek is gekeken welk effect die strategieën opleveren.
Zo blijkt in India bij de productie van katoenzaden de meeste kinderhanden te worden ingezet. Belangrijkste reden is dat de kinderen – vooral meisjes - veel minder betaald krijgen. In twee dorpen in Andhra Pradesh is met beleid sinds 2005 de kinderarbeid drastisch uitgebannen door acties van onder meer de MV Foundation. In 2009 is vastgesteld dat de lonen voor volwassenen met ruim 150 procent zijn gestegen. In twee vergelijkbare dorpen waar nog steeds evenveel kinderen werken, stijgen de lonen veel minder.
In Albanië en Marokko is dankzij projecten, die onder meer door FNV Mondiaal mogelijk zijn gemaakt, gebleken dat kinderen binnen school houden de beste manier is om kinderarbeid te voorkomen. Onderwijsbonden in deze landen spelen een sleutelrol in de strijd tegen drop-outs. Als leraren gemotiveerd genoeg zijn, blijken ze in staat alle kinderen terug te voeren naar de klas.
Uit dit onderzoek blijkt verder dat er een sterke relatie bestaat tussen massale kinderarbeid en het ontbreken van gewoon goed werk voor volwassenen. In de Indiase landbouw had het weghalen van twee kinderen het gunstige effect dat dit een nieuwe baan voor één volwassene opleverde. Ook blijken de interventies van vakbonden in het bestaan van kinderarbeid een sneeuwbaleffect te hebben. Ouders die door ijverige vakbondsteams ervan werden overtuigd dat hun kind beter af is op school, gingen uiteindelijk andere ouders ook overtuigen van de noodzaak kinderarbeid te bestrijden.
Het instellen van een sociaal vangnet werkt eveneens effectief tegen kinderarbeid. Kinderen uit éénouder- of ontwrichte gezinnen zijn vaak gedwongen mee te helpen om een inkomen te verwerven. Invoering van een weduwepensioen en een ziekteverzekering voorkomen een armoedeval. Kinderen van arbeidsmigranten zouden verder de toegang moeten krijgen tot alle scholen. In het rapport wordt geconcludeerd dat vakbonden weliswaar het bewustzijn over de noodzaak van onderwijs kunnen vergroten, maar dat het de overheden zijn die gratis en toegankelijk onderwijs moeten regelen.
In ‘Let parents earn and children learn’ wordt vooral gefocust op de rollen van vakbonden, ngo’s en overheden, maar ook bedrijven zijn cruciaal in de strijd tegen kinderarbeid. Werkgevers hebben de verantwoordelijk in hun bedrijf geen kinderen aan te stellen en te zorgen voor een goed leefbaar loon voor hun volwassen werknemers. Daarin kunnen ze ook samenwerken met de vakbonden. Lees ook P+>>
Een hogere beloning, meer werk en beter geschoolde werknemers voor de toekomst. Dat effect heeft een drastische aanpak van kinderarbeid. Deze en andere resultaten presenteerde de FNV zondag 9 mei uit het nieuwe onderzoek ‘Let parents earn and children learn’. In dit onderzoek is gekeken naar kinderarbeid in Albanië, Brazilië, Cambodja, Colombia, India, Marokko en Tanzania.
Volgens de nieuwste cijfers van de ILO zijn er wereldwijd 215 miljoen kinderen aan het werk. Van kinderarbeid is sprake als het kind nog geen 15 jaar is en als het daardoor niet fulltime onderwijs kan volgen. Ook als kinderen nog geen 18 zijn en werk doen dat een gevaar kan opleveren voor hun gezondheid, veiligheid of welzijn. Het aantal kinderen in gevaarlijke werksituaties neemt af, maar het zijn er nog steeds 115 miljoen. Jaarlijks sterven 22.000 kinderen aan werkgerelateerde ongelukken.
Tegelijkertijd zijn er ruim 200 miljoen volwassenen wereldwijd werkloos en heeft een nog groter aantal te weinig werk. De FNV en de internationale vakvereniging ITUC zetten zich al jaren op verschillende manieren in voor de strijd tegen kinderarbeid. In dit nieuwe onderzoek is gekeken welk effect die strategieën opleveren.
Zo blijkt in India bij de productie van katoenzaden de meeste kinderhanden te worden ingezet. Belangrijkste reden is dat de kinderen – vooral meisjes - veel minder betaald krijgen. In twee dorpen in Andhra Pradesh is met beleid sinds 2005 de kinderarbeid drastisch uitgebannen door acties van onder meer de MV Foundation. In 2009 is vastgesteld dat de lonen voor volwassenen met ruim 150 procent zijn gestegen. In twee vergelijkbare dorpen waar nog steeds evenveel kinderen werken, stijgen de lonen veel minder.
In Albanië en Marokko is dankzij projecten, die onder meer door FNV Mondiaal mogelijk zijn gemaakt, gebleken dat kinderen binnen school houden de beste manier is om kinderarbeid te voorkomen. Onderwijsbonden in deze landen spelen een sleutelrol in de strijd tegen drop-outs. Als leraren gemotiveerd genoeg zijn, blijken ze in staat alle kinderen terug te voeren naar de klas.
Uit dit onderzoek blijkt verder dat er een sterke relatie bestaat tussen massale kinderarbeid en het ontbreken van gewoon goed werk voor volwassenen. In de Indiase landbouw had het weghalen van twee kinderen het gunstige effect dat dit een nieuwe baan voor één volwassene opleverde. Ook blijken de interventies van vakbonden in het bestaan van kinderarbeid een sneeuwbaleffect te hebben. Ouders die door ijverige vakbondsteams ervan werden overtuigd dat hun kind beter af is op school, gingen uiteindelijk andere ouders ook overtuigen van de noodzaak kinderarbeid te bestrijden.
Het instellen van een sociaal vangnet werkt eveneens effectief tegen kinderarbeid. Kinderen uit éénouder- of ontwrichte gezinnen zijn vaak gedwongen mee te helpen om een inkomen te verwerven. Invoering van een weduwepensioen en een ziekteverzekering voorkomen een armoedeval. Kinderen van arbeidsmigranten zouden verder de toegang moeten krijgen tot alle scholen. In het rapport wordt geconcludeerd dat vakbonden weliswaar het bewustzijn over de noodzaak van onderwijs kunnen vergroten, maar dat het de overheden zijn die gratis en toegankelijk onderwijs moeten regelen.
In ‘Let parents earn and children learn’ wordt vooral gefocust op de rollen van vakbonden, ngo’s en overheden, maar ook bedrijven zijn cruciaal in de strijd tegen kinderarbeid. Werkgevers hebben de verantwoordelijk in hun bedrijf geen kinderen aan te stellen en te zorgen voor een goed leefbaar loon voor hun volwassen werknemers. Daarin kunnen ze ook samenwerken met de vakbonden. Lees ook P+>>