Gertrude

Het voordeel van freelancen voor FNV Mondiaal is dat je allerlei grote vakbondsleiders mag interviewen. Mannen en vrouwen die in hun eigen land emancipatoire veranderingen teweeg durven brengen en zo nodig voortdurend de strijd aangaan met regering en bedrijfsleven. De Zimbabwaanse Gertrude Hambira is er zo eentje. Voor de duvel niet bang, maar uit pure noodzaak inmiddels enige weken ondergedoken.

Ik ontmoette haar in 2006 tijdens een bezoek aan Zimbabwe. Als voorzitter van de landbouwvakbond GAPWUZ bracht ze de barre positie van landwerkers onder de aandacht. Afgelopen december was ze op het hoofdkantoor van de FNV in Amsterdam om de documentaire House of Justice te laten zien. Die verhaalt over grof geweld tegen witte boeren en hun zwarte medewerkers met als doel hen van het land te verjagen.

We mochten haar interviewen, met pen en videocamera. Ik raakte opnieuw gefascineerd door haar moed. Over Gertrude valt veel te vertellen. Dat ze een prachtige Afrikaanse vrouw is met kleurrijke etnische hoofddoek. Dat ze moeder is van een zoontje van vijf, om wiens leven ze zich vaak zorgen maakt. Dat ze medeoprichtster is van WOZA (Women and Men of Zimbabwe Arise) en regelmatig spontaan protestdemonstraties organiseert. Dat ze in dat kader al vele malen in de gevangenis is gegooid en dagen op de vloer moest slapen, ook toen ze zwanger was. Maar haar hoofd moet wel als een tank werken. Ze laat zich niet stoppen.

In Zimbabwe is de repressie tegen opposanten van Mugabe extreem. Vage milities, vermoedelijk gelieerd aan Mugabe’s partij Zanu-pf, houden razzia, ontvoeren en martelen in de wetenschap dat ze toch niet voor de rechter komen. Gertrude Hambira wist dat er figuren naar haar op zoek waren. Het gehele GAPWUZ-bestuur werd bedreigd en geïntimideerd, omdat ze Gertrude’s verblijfplaats niet wilden onthullen. Ze zijn en masse met haar ondergedoken. Voor ons in Nederland blijft de onzekerheid: gaat ze het redden?