Monumentjes in woorden

(Het Straatjournaal)

Ieder mens doet ertoe, ieder verhaal doet ertoe. Dat is het uitgangspunt van stichting Walk of Life, dat drugspastor Zwanine Siedenburg (59) vorig jaar heeft opgericht in Amsterdam. Doel is levensverhalen van ‘mensen zonder netwerk’ op te tekenen en te bewaren in een databank. Vrijwilliger Jan Hoekema: ‘Ik realiseer me wel: een ongeluk zit in een klein hoekje.’

Vader was opgeleid als timmerman, afgekeurd na zwaar werk en raakte in de WAO. Deed nog een beetje uitvoerderswerk. Moeder deed huishoudelijk werk bij deftige huizen in Bloemendaal enzo. Ik heb drie oudere broers. Lang bij ouders gewoond, mantelzorg, ik was de ‘laatste vogel in het nest’. - Uit het sociaal testament van Peter (63)

Te vaak nog worden mensen begraven, die geen sociaal netwerk hebben en dus niemand die nog iets over het leven en karakter van de overledene kan vertellen. Drugspastor Zwanine Siedenburg van het Drugspastoraat Amsterdam maakt dit maar al te vaak mee. Een dierbare collega zei tegen haar: ‘Er mag niemand naamloos ten onder gaan.’ Ze besefte dat dit voorkomen kan worden als het levensverhaal van deze mensen tijdig wordt opgetekend. Samen met oud-ombudsman van Amsterdam Arre Zuurmond bedacht ze het project Walk of Life.

September Walk of Life'We kozen bewust voor een Engelse benaming, want de doelgroep reikt verder dan Nederlandstaligen', vertelt ze in de Pauluskerk in Rotterdam, want ook in deze stad wordt het project nu uitgerold. 'Ik ben levensverhalen gaan opschrijven en heb een hele lijst aan vragen verzonnen.' De eerste financiering kwam uit onverwachte hoek. Ze ontmoette bij toeval oud-minister Grapperhaus en vertelde over het project. Hij zorgde dat Siedenburg aan de slag kon.

Op 10 april 2019 brak een nieuwe fase in mijn leven aan. Woning ontruimd. Je wordt met je spullen op straat gezet. Een paar politiemannen werken je naar buiten, je spullen staan in dozen op straat. Mijn broers bemoeiden zich er niet mee. Wisten niets van de ontruiming. Ik keek op afstand hoe de spullen naar buiten kwamen en meteen in de container gingen. - Uit het sociaal testament van Peter

'En al doende leer je', lacht ze. 'Ik weet nu wat de juiste formule is.' Elke regio heeft of krijgt een coördinator, die een groep vrijwilligers aanstuurt. Vrijwilligers krijgen eerst een gesprek, want niet iedereen is hiervoor geschikt. 'Veel vrijwilligers voelen betrokkenheid bij deze mensen, maar wat eng is, is jezelf herkennen. Dat is voor sommigen bedreigend. We zeggen dan ook: hoor aan, oordeel nooit, maak geen opmerkingen over kleding of schoenen. Ga uit nieuwsgierigheid in gesprek en wees vrijmoedig.' Vrijwilligers krijgen bovendien een training waarin ze leren contact te maken met de doelgroep.

Op dit moment is Walk of Life in Amsterdam, Utrecht, Apeldoorn en Haarlem actief. Voor de Amsterdammers heeft Siedenburg geregeld dat hun verhalen worden bewaard in het stadsarchief. Ze kunnen ervoor kiezen om van hun sociaal testament een ‘monumentje’ te laten maken: een samenvatting die op de website walkoflife.nu wordt gepubliceerd. Met foto. 'En het leuke is: er melden zich nu ook professionele fotografen bij ons aan die gratis portretfoto’s willen maken.'

Wat ik anders had kunnen of moeten doen? Ik niet zozeer, dingen gebeurden, en die waren voor mij niet gunstig. Met mijn broers heb ik weinig tot geen contact, eentje zit in een rolstoel, en ik heb weinig tot geen andere familie. Ontmoet ook wel nieuwe mensen, maar het leven is best lastig. Ik spreek eigenlijk altijd wel wat mensen overdag. Observeer graag, zo op de fiets. - Uit het sociaal testament van Peter

Vier vrijwilligers telt het team van Walk of Life nu in de regio Haarlem, maar er is zeker ruimte voor meer. Coördinator Emmy Grooff (65) is nog niet zo lang actief. Ze was op zoek naar vrijwilligerswerk en las in maart een artikel in het Haarlems Dagblad over Walk of Life. 'Ik dacht meteen: dit is iets voor mij. Ik vind schrijven heel leuk en de doelgroep intrigerend. Tijdens het eerste gesprek met Zwanine werd ik meteen aangestoken door haar bevlogenheid.'

Grooff heeft zowel een commerciële als zorgachtergrond. In de laatste decennia werkte ze in de ouderenzorg. 'Ik ben van huis uit zorgzaam; ik word er blij van.' Juist omdat het project zich richt op een deel van de samenleving dat ze niet kende, raakte ze nieuwsgierig. 'Je kunt er omheen lopen, maar ik vind het juist leuk om kennis te maken met deze mensen. De kennismaking met Zwanine en haar team was erg prettig. Een hele lieve omgeving waarin mensen zacht zijn voor elkaar. Dat is voor mij heel goed.'

Ze heeft de taak om mensen te vinden die zich willen laten interviewen, maar dat valt nog niet mee. Ook zijn nieuwe vrijwilligers nodig. “Ideaal is als de bal gaat rollen, naar beide kanten. Vrijwilligers hoeven geen schrijversvakschool of journalistiek te hebben gestudeerd. Je interviewt aan de hand van vastgestelde vragen en schrijft het verhaal vanuit het hart. Daarna wordt het nog nagelezen.' Zelf heeft ze nog geen interviews gedaan, maar wel heeft ze de training gevolgd om de doelgroep te benaderen. 'Je leert dan in gesprek te gaan met mensen uit de doelgroep, dat is nog best lastig.'

Het leven in een sociale huurwoning maakt een klein verschil, maar ik heb geen werk. Wel werk ik in mijn gevoel, ik leer en studeer via internet en telefoon, over de maatschappij en de politiek. Ik volg en observeer mensen en systemen. Of ik huisfilosoof ben? Zo iets, ik leer en werk graag. Observeren, levenskunst is wat ik nu doe. - Uit het sociaal testament van Peter

Ook oud-politicus Jan Hoekema (72) volgde de training. Ooit was hij burgemeester van onder meer Wassenaar; tegenwoordig besteedt hij zijn tijd aan vrijwilligerswerk, onder andere in verschillende besturen. 'Ik ben niet het type van maandag golfen en woensdag tennissen', lacht hij. 'Mooie sporten hoor en iedereen moet dat natuurlijk zelf weten, maar liever steek ik m’n handen uit de mouwen voor een betere wereld.' Ook Hoekema meldde zich bij Walk of Life na het artikel in het Haarlems Dagblad. 'Ik kende Zwanine al van een ander project en wist dat zij een vrouw is met veel goede ideeën en betrokkenheid bij de maatschappij.'

Inmiddels heeft hij enkele interviews gedaan, onder andere met Peter via Stem in de Stad (zie kaders). 'Hij is een ex-dakloze, die mij uit het Haarlemse circuit kende en me aansprak. Het kostte me dus geen moeite om hem te benaderen voor een interview. Veel van de vrijwilligers vinden het lastig om op iemand af te stappen. Ik woon zelf in de binnenstad van Haarlem en zie bij HVO Querido vaak mensen zitten, maar het is best moeilijk om dan naar zo iemand toe te lopen en te vragen of hij of zij een sociaal testament wil laten opschrijven. Beter is om via instellingen mensen te werven, want zij kennen hun cliënten.'

Een van de onderdelen van het sociaal testament is te vragen naar de manier waarop iemand begraven of gecremeerd wil worden. Ook dat vindt Hoekema lastig. 'De verhalen over begrafenissen van eenzame mensen, zoals De Volkskrant in een serie vastlegt, zijn schrijnend. Hoe vraag je aan mensen of ze hun begrafenis hebben geregeld? Ik hoop maar dat ze nog heel lang blijven leven.'

Nu gaat het wel redelijk met me. In de politiek ben ik bekend, raadsleden kennen me, ik lees veel. Binnen de mogelijkheden heb ik wel een rustig, goed leven. De basis is goed. Maar natuurlijk kan het beter. Mijn huidige leven had voorkomen kunnen worden. (…) Of ik op zoek ben naar aardige partner/vriendin? Altijd, maar dat kun je niet afdwingen. Het moet klikken. Langdurige relatie gehad? Jawel, met het leven. - Uit het sociaal testament van Peter

Het schrijven vindt hij leuk. In het verleden schreef Hoekema regelmatig artikelen, voorwoorden en speeches. 'We hebben een handleiding gekregen met thema’s. Dat beschouw ik vooral als een steuntje in de rug. Ik probeer er wel een vloeiend verhaal van te maken en wat dieper te graven dan alleen de feitelijkheden. Ik blijf ook niet weg van de moeilijke vragen, zoals ‘Ben je eenzaam’, ‘Welk cijfer geef je je leven?’ en ‘Vind je het naar dat je geen partner hebt?’. Belangrijk is veel open vragen te stellen en niet normatief zijn.'

Hoekema zegt met een zekere bewogenheid te luisteren naar zo’n levensverhaal. 'Je moet uitkijken dat je niet als een bevoorrechte witte man of vrouw tegenover zo iemand gaat zitten, maar juist zoveel mogelijk gelijkwaardig het gesprek ingaan. Het is ook geen interessant natuurverschijnsel. En je moet niet te veel mee-vibreren. Je bent interviewer, geen hulpverlener. Ik realiseer me wel: een ongeluk zit in een klein hoekje. Peter heeft pech gehad met oplichting en raakte in de schulden. Soms neemt iemand een verkeerde afslag en kan de hoofdweg niet meer terugvinden. Gelukkig handhaaft hij zich inmiddels weer goed.'

Voel je je aangesproken door dit verhaal? Meld je dan aan bij Zwanine Siedenburg, Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken..